Federatie Particulier Grondbezit

Verkiezingen 2021 - GroenLinks: "als je de natuur robuust maakt, dan is er ook meer ruimte voor ontwikkeling

3 maart 2021 door FPG

In de aanloop naar de verkiezingen op 17 maart publiceert

2021 03 03 Laura BrometIn de aanloop naar de verkiezingen op 17 maart publiceert FPG individuele interviews met 5 Kamerleden en Minister Schouten. Het vierde interview is met GroenLinks Kamerlid Laura Bromet. Zij staat nummer 4 op de kandidatenlijst. De interviews zijn verwerkt in een verkiezingsspecial in het maartnummer van De Landeigenaar.

Belangrijke thema’s voor grondeigenaren en beheerders passeren de revue in de interviews. Zo kunt u 17 maart een geïnformeerde keuze maken! Deze interviewreeks volgt op eerdere inspanningen van FPG in het kader van de verkiezingen met het FPG verkiezingspamflet.

Terugblik

We kijken kort terug naar de afgelopen regeerperiode op het gebied van landbouw en natuur. Wat heeft u bereikt ?

Bromet: Tweeënhalf jaar geleden ben ik begonnen als Kamerlid. Ik had geluk dat ik de portefeuille Landbouw en Natuur kreeg, want ik had al drie jaar als beleidsmedewerker op die portefeuille gewerkt. Ik heb me toen ten eerste verdiept in een onderwerp dat me na aan het hart ligt het veenweidegebied, waar ik zelf vandaan kom. In mijn tijd als wethouder vond dat ik al dat dit probleem zich teveel lokaal afspeelde. Dit terwijl 1/3e van Nederland bestaat uit Veenweide. Het is me gelukt de veenweideproblematiek een verantwoordelijkheid van het Rijk te maken. Een voorstel daarvoor is aangenomen, maar ik vind dat de Minister het nog niet echt heel ambitieus aangepakt heeft. Het besef is er in ieder geval nu dat de veenweiden en onze aanpak de komende jaren een belangrijke rol gaat spelen voor het verdienmodel van boeren, voor behoud van natuur en weidevogels als de grutto,  en de energie-opgaven. Er zijn allerlei initiatieven om nieuwe verdienmodellen te creëren die we ook in ons verkiezingsprogramma hebben opgenomen. Een voorbeeld is “valuta voor veen” waarbij CO2-opslag in veen verwaard gaat worden.

Ik vind het opmerkelijk dat grondwaarde de ene keer een probleem is als deze daalt bijvoorbeeld bij de veenweiden. Terwijl het de andere keer de hoge prijzen weer een probleem zijn voor bijvoorbeeld jonge ondernemers. Bij te dure grond kan waardedaling ook positief uitpakken voor het verdienmodel. Het is maar hoe het in je plaatje past. Als je het hebt over de veenweide en de grond wordt goedkoper dan kun je de nodige extensivering waar maken. De grond kun je simpelweg niet meer zo intensief benutten door het verhogen van de waterpeilen.

Een jaar nadat ik begonnen was in de Kamer kwam de uitspraak van de Raad van State over stikstof Omdat ik vond dat het Kabinet veel te traag reageerde en in een impasse bleef zitten, heb ik een initiatiefwet geschreven om het proces te versnellen. Dit heeft de Minister aangespoord om sneller met een wetsvoorstel te komen.

Ruimtedruk en onteigening

In 2020 legde de stikstofcrisis opnieuw de grootste spanning in Nederland bloot, ruimtegebrek en gronddruk. Deze crisis heeft de natuur-, klimaat-, en woningbouwopgave verzwaard voor Nederland en komt bovenop de nodige energietransitie. Dit is een enorme verantwoordelijkheid voor particuliere eigenaren in het buitengebied die 2/3e van de grond beheren. Hoe vinden we in Nederland, volgens u, de balans tussen natuur, landbouw, bebouwing en opwek van duurzame energie?  Welke rol spelen grondeigenaren en beheerders hierin? En hoe staat u tegenover onteigening bij ruimtelijke opgaven?

Bromet: Dat is een hele grote puzzel. We moeten woekeren met ruimte, waar verschillende belangen een rol spelen. Er is nu wel een meerderheid in de Kamer die vindt dat Ruimtelijke Ordening gecentraliseerd moet worden. Dat vindt ik een goed idee. Groen Links vindt dat woningbouw zoveel mogelijk bij de ov-knooppunten moet plaatsvinden en zo min mogelijk in het landelijk gebied. Verder vind ik dat de landbouw natuurinclusief moet worden. Dat betekent dat er meer natuur in de agrarische bedrijfsvoering komt. Tegelijk vinden we dat natuur in Nederland uitgebreid wordt, om het stikstofprobleem het hoofd te bieden. We hebben de afgelopen jaren op de rand gebalanceerd wat wel niet kan binnen de beschikbare milieuruimte. Dan leidt een kleine overschrijding gelijk tot heel groot probleem. Als je de natuur robuust maakt, dan is er ook meer ruimte voor ontwikkeling. Ik denk dat in de formatie Ruimtelijke Ordening een centraal punt wordt.

Er zijn een heleboel opgaven die op ons af komen. Het klimaatakkoord van Parijs vereist dat we over 30 jaar 95% van onze CO2-uitstoot hebben teruggebracht. Op stikstofgebied liggen grote uitdagingen. En dan hebben we nog te maken met de Kaderrichtlijn Water waar we nog lang niet aan voldoen. Je kunt niet doen alsof die problemen er niet zijn en gewoon doorgaan op de ingeslagen weg. Boeren zijn niet blij met die opgaven, dat snap ik ook wel. Maar ik vind het eigenlijk misdadig dat in de afgelopen tientallen jaren de overheid ondernemers maar een beetje laat zwemmen, zonder dat ze weten waar ze naartoe moeten. Ik vraag me of het besef is neergedaald in het landelijk gebied dat deze opgaven iets voor jou betekenen als je het bedrijf of landgoed overneemt van je ouders. We moeten zorgen dat de landing zo zacht mogelijk is en lange termijn doelen worden gesteld met een breed politiek draagvlak. Zodat het schip niet weer een andere kant op vaart na de volgende verkiezingen. In onze doorrekening hebben we grote budgetten gereserveerd voor de omvorming van de landbouw in natuurvriendelijke richting. Maar dat begint ook met een meewerkende stand van de sector zelf.

Bij het stikstofbeleid wordt gesproken over vrijwillige onteigening, maar dat is gewoon volksverlakkerij. Onze natuurgebieden moeten linksom of rechtsom in een goede staat gebracht worden. Als je iedereen vrijwillig laat meewerken, ben je er helemaal niet zeker van dat dat gaat lukken. Natuurlijk wil ik het liefste dat boeren via minnelijke schikking worden verplaatst. Maar je kan geen garanties geven. Bij de aanleg van een snelweg onteigent het Rijk ook. Ik snap eigenlijk ook niet waarom onteigening zo’n taboe is. Het is financieel meestal niet nadelig.. Alle gederfde inkomsten en onkosten worden gedekt. Liefst vrijwillig, maar in sommige gevallen moet je kunnen onteigenen.

Natuurbeheer en de grondeigenaar

Het programma Natuur is in 2020 vastgesteld tussen provincies en het Rijk met een substantiële impuls voor in natuurbeheer voor de komende 10 jaar. Wat zijn de prioriteiten voor uw partij bij natuurbeheer? En wat verwacht u van grondeigenaren en beheerders?

Bromet: Het is een heleboel geld dat geïnvesteerd wordt, maar het is net zoveel al beschikbaar was in het pre-Bleker tijdperk. Het is dus niet zo dat er een revolutie gaande is. Sterker nog Groen Links vindt dat er nog meer geld bij moet. Ik wil inzet op maatregelen die bijdragen aan meerdere doelen tegelijkertijd. Er zijn gebieden, veenweidegebied is een voorbeeld daarvan, waar je op zowel waterkwaliteit, natuur als de energietransitie winst kan boeken met dezelfde maatregelen.

 Groen Links is voor samenwerking tussen TBOs en particulieren. De natuur houdt zich niet aan eigendomsgrenzen en er is heel veel grond in handen van particulieren. Daar moet je op samenwerken. Ik weet dat dat al gebeurt en ik ben daar enthousiast over. Particuliere grondeigenaren spelen een hele belangrijke rol. Ik vind het mooi dat het niet gaat over rendement op de korte termijn. Maar dat het gaat over het doorgeven van het bezit aan de volgende generatie. Langjarig denken is de norm. Zo kijkt GroenLinks er ook naar. Van de zomer ben ik nog op Landgoed Prattenburg geweest die experimenteren met klimaatslimme bossen in samenwerking met de WUR. Ik vond dat heel indrukwekkend.

Pacht en fiscaliteit

Pacht is een belangrijk hulpmiddel voor bedrijfsontwikkeling van boerenbedrijven en het kan verduurzaming bevorderen. In Nederland wordt 480.000 hectare verpacht, dat is meer dan een kwart van de landbouwgrond. Het aandeel langdurige pacht daalt daarbij al jaren. Dit is een gevolg van een onrendabele prijs (door pachtnormen) voor verpachters, teveel rechtsbescherming voor zittende pachters, en beperkte mogelijkheden om afspraken te maken over duurzaam grondgebruik. Dit is een probleem voor startende ondernemers die grond nodig hebben en het vertraagt de transitie in de landbouw . Daarbij wordt door de stijgende vermogensrendementsheffing voor particulieren het financieel steeds onaantrekkelijker. Hoe denkt u pacht weer aantrekkelijk te maken? Hoe wilt u rentmeesterschap en groen ondernemen (fiscaal) stimuleren?

Bromet: De wens om langdurig te pachten kan best samen gaan met verduurzaming. Maar Groen Links ziet wel het gevaar dat als je grond voor lange tijd verpacht dat je dan nieuwe opgaven qua verduurzaming die op je afkomen niet kan invullen als grondeigenaren  en dat je daar dan jaren op moet wachten afhankelijk van de pachter of gebruiker. Ik ben er voorstander van om in ruil voor langere pachtcontracten ook gunstige financiële voorwaarden te stellen maar die moeten dan in hand in hand gaan met andere  maatschappelijke doelen zoals ik ze al noemde: natuur, klimaat en waterkwaliteit. Als je daar goede afspraken over kan maken dan zou je ook in fiscale regimes maatregelen kunnen treffen dat het aantrekkelijk wordt voor grondeigenaren om die grond langdurig in pacht uit te geven.

Groen Links zou het toejuichen als de TBOs, particuliere grondeigenaren en LTO met een pachtkader komt waar de politiek alleen maar op in hoeft te haken. Bij mij is er bereidheid om na te denken over aanpassingen van de huidige wetgeving. Rentmeesterschap en groen ondernemen moet wordt aangemoedigd door de overheid. Daarom bestaan we als GroenLinks. Je kan niet zonder de grondeigenaar en je moet ze ondersteunen. Dat kan via belastingvoordelen of anderszins. Er is daarover met ons te spreken ook in relatie tot de pacht.

Ik weet dat bij landgoederen en erfenissen vaak met angst en beven gekeken wordt naar een kasteel dat geërfd wordt. Omdat het ook heel ingewikkeld is om het rendabel te beheren en drukt als een zware verantwoordelijkheid.

De toekomst

Tot slot een vraag over de toekomst. In 2030 willen we allemaal duurzamer en groener produceren terwijl we de natuurbescherming in Nederland naar een hoger niveau willen tillen. Hoe onderscheidt uw partij zich van de anderen richting 2030 bij deze ambitie?

Bromet: Heel veel partijen zien dat de opgaves er liggen. Het verschil zit hem in het tempo en de ambities die GroenLinks voorstelt. Wij kijken al tientallen jaren met lede ogen naar hoe het gaat met de natuur in Nederland. En hoe de landbouw niet genoeg en snel genoeg verduurzaamd. Dan moet je ook eerlijk durven zijn tegen boeren en grondeigenaren door die ambitie uit te spreken.

Ik vind schaalvergroting op zich geen punt, maar het moet niet gepaard gaan met intensivering. De landbouw moet grondgebonden zijn in onze ogen. Rekening houden met de eisen aan natuur die we stellen. Schaal is niet allesbepalend. Het is gewoon te makkelijk om te zeggen: grootschalig is slecht, kleinschalig is goed. Kleinschalig en grootschalig zijn een aanvulling als vormen van landbouw aan elkaar. Ik vind wel dat gezinsbedrijven een plek moeten houden in Nederland en dat het niet alles anoniemen bedrijven worden.

Tot slot, ik geniet van landgoederen met  die monumentale huizen en mooie tuinen en natuur die toegankelijk is. Grondeigenaren kunnen  verzekerd zijn dat GroenLinks mee wil denken en helpen als er maar rekening gehouden wordt met de grote uitdagingen die er in liggen in Nederland.