Federatie Particulier Grondbezit

Update stikstofplannen van de provincie

22 december 2022 door FPG

De tijd dringt. In de Wet Stikstofreductie en natuurverbetering (Wsn) staat dat provincies de gebiedsplannen in juli 2023 af moeten hebben. De gebiedsplannen moeten een gezamenlijke aanpak zijn van overheden en belanghebbenden in een gebied dat tot stand is gekomen na overleg tussen alle partijen. Gezien de grote belangen en opgaven zal dit erg moeilijk worden.

Naast stikstof spelen er nog andere grote opgaven, zoals het verbeteren van de waterkwaliteit, de Kader Richtlijn Water (KRW), en klimaatadaptatie en -mitigatie. Al deze opgaven moeten samenkomen in het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) dat per provincie vertaald wordt in een provinciaal programma. De provincie Gelderland heeft een programmamanager Gelders Programma Landelijk Gebied (GPLG; zie ook uitleg elders in dit nummer) aangesteld. Die is nu bezig overlegstructuren op te zetten en ambtelijke capaciteit te verzamelen. Het GPG staat in nauw contact hierover met de programmamanager.

 

Veel is nog onduidelijk. In principe houdt de provincie vast aan de indeling in drie regio’s die voor de GMS (Gelderse Maatregelen Stikstof) is opgezet: Veluwe, Achterhoek & Liemers en Rijntakken. Voor elk van die regio’s wordt een Bestuurlijk Overleg opgezet. Het GPG zal in ieder van die overleggen vertegenwoordigd zijn.

De gebiedsgerichte aanpak zal waarschijnlijk op veel kleinere schaal plaatsvinden. Voor de Veluwe zijn bijvoorbeeld rapporten over de natuur(maatregelen) opgeleverd over zes deelgebieden. Die gebieden zijn voornamelijk gebaseerd op fysieke landschappelijke kenmerken.

Bestuurlijk is er nog een relevante indeling, de zeven bestuurlijke regio’s: Groene Metropool Regio Arnhem/Nijmegen, Rivierenland, Foodvalley, Kop van de Veluwe, Cleantech Regio en Ermelo-Harderwijk-Zeewolde (EHZ regio). Het is op dit moment nog niet duidelijk of er in die zeven regio’s alleen door overheden – provincie, gemeenten en waterschappen – overleg zal plaatsvinden of dat belanghebbenden daar ook mogen aanschuiven.

 

Het idee van de provincie was dat de gesprekken in een gebiedsgerichte aanpak gevoerd zouden worden op basis van kennisrapporten, in beleidsjargon ‘bouwstenen’. Op die manier zou er voor elk van de opgaven/belangen een feitelijk rapport liggen zodat er geen misverstanden zouden zijn over feiten. De ‘bouwsteen natuur’ zou bestaan uit de rapporten van advies- en ingenieursbureau TAUW. Op zaterdag 3 december 2022 kwam er echter een mail van de gedeputeerde Peter Drenth waarin hij constateert dat de opdracht zoals die aan TAUW was verstrekt niet meer aansluit bij de huidige situatie. Hij constateert dat er een integraler rapport nodig is.

Op 14 december vond daarom een speciaal Sectoroverleg Natuur, Landbouw en Water plaats over hoe we verder moeten. Het GPG heeft met de natuurorganisaties (SBB, NM, GLK en NMG) schriftelijk gereageerd. Daarin is aangegeven dat we teleurgesteld zijn in het proces. Na drie jaar samenwerking zo laat in het proces een rapport intrekken helpt niet bij het bereiken van de doelen. In onze ogen zijn de sectorale feiten nodig om op basis daarvan tot een integrale aanpak te komen. De boerenorganisaties denken daar anders over.

Het was een stevig overleg, dat vooral ging over draagvlak, tijdsdruk en de vraag waar de integratie moet plaatsvinden, in een rapport of in overleg tussen belanghebbenden. De volgende conclusies werden getrokken. De rapporten en de naam TAUW liggen nu te gevoelig. Daarom zal er een opdracht aan een nieuw bureau komen om, op basis van de feiten verzameld door TAUW, een rapport uit te brengen. In dit nieuwe rapport zal er duidelijker worden aangegeven welke maatregelen essentieel zijn en welke optioneel, hoe de maatregelen zich verhouden tot andere eisen, zoals 10 procent groen-blauwe dooradering, en hoe ze aansluiten op de landbouwtransitie. Naast deze kleine, inhoudelijke aanpassing zal daarmee de naam TAUW van de kaft verdwijnen. De provincie komt snel met een officieel voorstel waar nog voor de kerst overeenstemming over bereikt moet worden binnen het Sectoroverleg Natuur, Landbouw en Water.

 

Het GPG ziet zowel de druk op de natuur als op de boeren. Beiden belangen behartigen wij. Bij uitstel te elfder ure is echter niemand gebaat. Het verschil van inzicht met de boerenorganisaties is dat wij de rapporten van TAUW zien als een startpunt van de discussie, niet als een onontkoombaar eisenpakket. Naar ons idee is het ook altijd zo omschreven. We hebben ook benadrukt in het overleg dat er naast deze ‘bouwsteen natuur’ ook een ‘bouwsteen landbouw’ moet liggen. Daarin kan worden aangegeven op welke manier de boeren de opgaven willen realiseren. Dan kunnen we die naast elkaar leggen, zien waar de verschillen zitten en gezamenlijk tot een oplossing komen per gebied.