Federatie Particulier Grondbezit

Terugblik op goedbezochte CoP Watersystemen 30 mei

8 juni 2022 door FPG
Labels:

EEN KLIMAATROBUUST WATERSYSTEEM OP LANDGOEDEREN 

We kijken terug op een goed bezochte, informatieve en levendige Community of Practice  bijeenkomst (CoP) op Landgoed Zelle in Hengelo (Gld). De veertig deelnemers, vooral afkomstig uit Gelderland en Overijssel, werden verwelkomd door Liesbeth Cremers namens Soil4U en Sander Wurfbain namens FPG en GPG. Ze spraken hun vreugde uit over de inmiddels ruim 100 ondertekenaars – samen goed voor 120.000 ha – van het manifest Klimaatrobuuste Landgoederen.

Klimaatrobuust waterbeheer, onderwerp van deze CoP, is onlosmakelijk verbonden met het grotere verhaal van klimaatverandering. Zo plaatste de eerste spreker Hein Pieper, dijkgraaf bij waterschap Rijn en IJssel en president van de European Union of Water Management Association, het steeds vaker voorkomen van droogte én wateroverlast in de context van de zorgwekkende rapporten van het wetenschappelijke klimaatpanel IPCC. Zinnen als ‘Droogte is een sluipmoordenaar’ en ‘Wat als de waterbom elders valt?’ verraden hoezeer klimaatverandering al met geweld geassocieerd wordt – helaas terecht. Net als dat wij mensen zelf oorzaak en oplossing ervan zijn, zoals blijkt uit de visuele representatie van onze overschrijdingen van de grenzen van de planeet. 

 

Figuur Planetary Boundaries 

 

  1. Ook voor de Achterhoek, het werkgebied van waterschap Rijn & IJssel, was de droogte van 2018 een wake-up call, vertelde Pieper. Het waterschap wil met alle betrokkenen aan de slag om vormen van waterbeheer te ontwikkelen die extreme droogte en extreme neerslag aan kunnen. Klinkt als een fluitje van een cent: een teveel aan water opvangen en dat gebruiken als er te weinig is. De uitvoering is natuurlijk minder simpel. Er valt in de Achterhoek voldoende regen, maar die wordt te efficiënt afgevoerd. Met het programma ‘Elke druppel de grond in’ wil het waterschap water opvangen, bergen en in de grond brengen. Draagvlak hiervoor moet worden geschapen door een fijnmazige, lokale aanpak met inbreng van alle betrokkenen, zoals daar zijn Provincie Gelderland, Vitens waterbedrijf, 11 gemeenten, LTO Noord, Natuurmonumenten, de Achterhoek Board, Gelders Landschap en niet te vergeten landgoederen, met als voorbeeld landgoederenzone Baakse Beek. Steeds meer landeigenaren, vooral agrariërs, blijken hiervoor te vinden; er zijn al bijna 200 kleine stuwen en 150 afsluiters geplaatst die lokaal het waterpeil verhogen. Sloten worden ondieper gemaakt en mogen hier en daar weer slingeren. 

Hiernaast wordt nog een heel arsenaal aan andere maatregelen in stelling gebracht (we blijven even in de oorlogsretoriek), zoals te zien figuur 2. 

 

Figuur 2 effectiviteit maatregelen 

  

  1. Water zou zelfs het leidend principe moeten worden bij landinrichtingsvraagstukken, maar Pieper stelde dat met deze maatregelen vooral tijd wordt gekocht. Om klimaatverandering daadwerkelijk te stoppen moet de maatschappij zich aanpassen. Willen we klimaatverandering stoppen, dan moeten we CO2 reduceren en de transitie maken naar groene energie. Op de vraag: “Wat kunnen wij als particulier doen?” kwam direct het antwoord: “Neem contact op met het waterschap!” Voor de volledige presentatie, klik hier. 

 

Ook de volgende spreker, onder andere projectleider verdroging en klimaatadaptatie Overijssel en lid landelijke coördinatiecommissie waterverdeling en watertekorten Luc Jehee, presenteerde een paar onheilspellende data als voorgerecht. De schade van de droogte in 2018 bedroeg in Nederland naar schatting een half tot twee miljard Euro. De snelheid waarmee het klimaat opschuift is ca 20 km per jaar, vertelde hij; bij een niet ondenkbaar scenario van  4.0°C opwarming heeft Overijssel in 2075 het klimaat van Florence nu. Als we onze ruimtelijke ordening en waterbeheer niet aanpassen, wentelen we de gevolgen af op economie, ecologie en gezondheid. Ook landgoederen komen in de knel, denk bijvoorbeeld aan weerextremen als hagel, piekbuien, onweer, hoge temperaturen, aan bedreiging van cultureel erfgoed door zetting en vochtschade, aan natuurbranden, verlies van natuurwaarden en oogsten, aan wateroverlast, bossterfte en verlies van monumentale bomen. Eigenaren kunnen de risico’s voor hun eigen landgoed in kaart brengen met behulp van de zogeheten adaptatietool (https://klimaatadaptatienederland.nl/overheden/nas/adaptatietool).  

En vervolgens stappen ondernemen om die risico’s te verkleinen, want landgoederen zijn ook deel van de oplossing, stelde Jehee. Hij noemde een aantal concrete stappen die boseigenaren kunnen nemen. Voor een volledige lijst, klik hier, een greep: Risicospreiding door menging van soorten en leeftijden van bomen; aanpassing waterhuishouding, denk aan rabatten; bodemverbetering en vergroten sponswerking door rijkstrooiselsoorten als esdoorn, linde en fladderiep. Weerbare, flexibele boomsoorten zijn haagbeuk en winterlinde. Eiken zullen het waarschijnlijk gaan winnen van beuken, de fijnspar raken we kwijt, de rode beuk is in gevaar. Voor veel landgoederen is dat een monumentale en beeldbepalend boom en dus een gevoelig verlies. Welke boom gaat die plaats nu innemen? 

 

Plaatje rode beuk 

 

Kansrijke buitenstaanders zijn elsbes, gewone walnoot, tamme kastanje, robinia, paardekastanje, plataan, Hongaarse eik, moseik, zilverlinde en de hopbeuk. Ook hiervoor bestaat hulp, in de vorm van de gereedschapskist klimaatslim bosbeheer (https://www.vbne.nl/klimaatslimbosennatuurbeheer/) 

Ook de Omgevingsvisie van de provincie Overijssel bevat plannen (uitvoering 2022-2027) voor aanpassing aan de gevolgen van klimaatverandering, met inzet van overheid, inwoners, kennisinstellingen, landbouw, natuur en ook landgoederen. 80 Gebieden zijn geselecteerd als focusgebieden; met een voorlopig budget van 10,5 miljoen Euro wil men hier – in een schaalgrootte van 500-3000 ha – water vasthouden in de haarvaten van het watersysteem, afvoer, verdamping en gebruik beperken, alternatieven voor watergebruik ontwikkelen, en in het algemeen bodem- en watersysteem leidend maken voor de ruimtelijke inrichting. Het idee is dat eigenaren de ruimte leveren, en waterschappen, provincie  en het Deltafonds de financiering. Men kan zich voor dit programma aanmelden via het Overijssels Particulier Grondbezit OPG, Joukje Bosch. 

 

Paul Thissen, erfgoedcoördinator van de provincie Gelderland, gaf een inkijkje in de activiteiten van die provincie op het vlak van klimaatrobuuste landgoederen. Gelderland heeft 119 historische landgoederen en buitenplaatsen. De provincie ondersteunt deze financieel – denk aan onderzoek gericht op herstel, en aan restauratie van tuinen, parken en watersystemen – en ook via kennis- en leernetwerken. Een voorbeeld is de Erfgoeddeal Klimaatrobuuste Buitenplaatsen, en in het project Innocastle werkt de provincie samen met de National Trust (UK) en met instellingen in Vlaanderen (B), Badajoz (Spanje) en Roemenië. Gemeenschappelijk uitgangspunt is klimaatverandering en de noodzaak van een gebiedsgerichte aanpak. 

 

Plaatje Erfgoeddeal Baakse Beek 

 

In de Erfgoeddeal ontwikkelt men een Groenblauwe monitor voor rijksmonumentaal ‘groen en blauw’ op kastelen, buitenplaatsen en landgoederen. Ook is er een klimaatstresstest in aanbouw met data over kwetsbare plekken, zijn er drie proeftuinen aangewezen om maatregelen concreet te testen, en is een start gemaakt met een ‘kennis- en leeromgeving’. Al deze instrumenten, inclusief een routekaart Klimaatbestendige aanpak, worden in 2022-2023 verder uitgebouwd en verfijnd. Wie zich verder wil informeren kan terecht op  

https://www.gelderland.nl/themas/cultuur-en-erfgoed/erfgoed 

www.erfgoedalliantie.nl/projecten/innocastle/default.aspx 

www.interregeurope.eu/innocastle/ 

https://projects2014-2020.interregeurope.eu/innocastle/events/event/4870/ 

www.skbl.nl/kennisprogramma-klimaatrobuuste-buitenplaatsen 

www.gelderland.nl/themas/wonen-en-leven/samen-leven-in-gelderland/gelderse-streekgidsen 

  

Tot slot vertelde Gerrit Jan Liet, directeur van Landgoed Zelle en gastheer van deze dag, over de geschiedenis van dit landgoed en over de stappen die men hier op watergebied aan het zetten is om op de toekomst voorbereid te zijn. ‘Goette Selle’ duikt voor het eerst in de annalen op in 1326 en is dan in handen van Pelgrim van Selle – een naam die tot de verbeelding spreekt! Inmiddels is het erfgoed, als Landgoed Zelle BV, gezamenlijk eigendom van tien leden van de familie van Dorth tot Medler.  

 

Plaatje familie 

 

Zelle beslaat 356 hectare, waarvan 170 ha bos, 112 ha landbouwgrond (regulier verpacht), 49 ha golfterrein (dat de meeste inkomsten in het laadje brengt), 17 ha natuurterrein, en 8 ha erven, wegen en overig terrein. Ruim 14 kilometer is opengesteld wandelpad. Om het landgoed veilig door de 21ste eeuw met al zijn klimaatonzekerheden te loodsen, is een landgoedvisie onontbeerlijk, zo benadrukte Gerrit Jan Liet. 

De ruilverkaveling blijkt het nodige aangericht te hebben in het watersysteem van Zelle. Verdeelwerken en omleidingen in het riviertje de Laak, die water het landgoed invoerde, in combinatie met verdieping van sloten (versnelde afvoer!) hebben tot gevolg gehad dat de Laak nu snel en langdurig droogvalt. Op Zelle zorgde dat voor een lege zwemvijver in zomer, dode bomen, droge rabatten en droogteschade in de landbouw. 

 

Plaatje water Zelle 

 

In 2012 is een waterretentiegebied aangelegd. Zowel de gracht als de zwemvijver zijn inmiddels opnieuw beschoeid. De golfbaan vormt met stuwtjes een natte zone en dus een waterbuffer. Het hoger opstuwen van de sloten was spannend, maar de verwachte overlast van het hoog opgestuwde water bleef uit: ‘Een leermoment. We waren banger dan nodig was.’ 

Hoewel de bekostiging nog wel een flinke puzzel is, zijn er meer maatregelen in het vizier, zoals het verondiepen en dempen van waterlopen, het verhogen van grond- en oppervlaktewaterpeil, en het herstellen van het historische watersysteem. 

Zelle werkt ook samen met het Centrum voor Landbouw en Milieu (CLM), dat een landbouwvisie opstelt voor het landgoed met aan de horizon duurzaam grondgebruik en circulaire landbouw, met water als leidend principe. Daarbij is maatwerk en betrokkenheid van de pachters zeer gewenst. 

 

In haar slotconclusie constateerde Liesbeth Cremers dat er twee duidelijke rode draden door de dag hadden gelopen. ‘Het watersysteem moet meer de sturende rol krijgen bij inrichting en beheer van landgoederen, en samenwerking is onontbeerlijk: tussen landgoederen, waterschappen, provincies en alle andere partijen rondom een watersysteem. Ik roep jullie allemaal op om elkaar te benaderen, plannen te maken en die uit te voeren. Er is niet één regisseur, dit moeten we samen doen.’ Om de ontwikkelingen te versnellen en boeren erbij te betrekken, wordt al geëxperimenteerd met veelbelovende nieuwe instrumenten als betalen voor ecodiensten en het nieuwe pachtcontract. ‘Daar zijn we in het Vechtdal volop mee aan de slag.’ Ook Sander Wurfbain zag in zijn terugblik op deze CoP mooie ontwikkelingen. ‘GPG en FPG hebben de rol deze zaadjes van onze leden verder te verspreiden. Dat blijven we zeker doen.’ 

 

Op de wandeling over landgoed Zelle aan het eind van de dag werden niet alleen de benen, maar ook toekomstplannen in beweging gezet. Er werd druk genetwerkt, helemaal conform het uitgesproken voornemen van de aanwezigen om gezamenlijk projecten te gaan aanpakken. 

 

Volledige presentaties 

Hein Pieper 

Luc Jehee 

Paul Thissen 

Gerrit Jan Liet 

 

Andere nuttige adressen 

https://klimaatadaptatienederland.nl/overheden/nas/adaptatietool 

https://www.vbne.nl/klimaatslimbosennatuurbeheer/ 

https://www.grondbezit.nl/voorpagina-opg.html 

https://www.gelderland.nl/themas/cultuur-en-erfgoed/erfgoed 

www.erfgoedalliantie.nl/projecten/innocastle/default.aspx 

www.interregeurope.eu/innocastle/ 

https://projects2014-2020.interregeurope.eu/innocastle/events/event/4870/ 

www.skbl.nl/kennisprogramma-klimaatrobuuste-buitenplaatsen 

www.gelderland.nl/themas/wonen-en-leven/samen-leven-in-gelderland/gelderse-streekgidsen 

https://stichtingclm.nl/